Angels and Demons – Het boek was dikker

Angels and Demons

Ik heb me 2,5 uur prima vermaakt, maar Angels and Demons lijdt onder hetzelfde euvel als De Da Vinci Code verfilming: het enorme plot uitleggen. Waar Dan Brown ruim 450 pagina’s voor gebruikt, is in de film Tom Hanks als Robert Langdon genoodzaakt een soort executive summary te geven. Vrijwel elke dialoog is gebruikt om Browns mix van feiten en fictie bondig mee te geven. Er is zelfs een scene waarin de kijker het verhaal van het Patheon meekrijgt van een toergids die zogenaamd toevallig terplekke haar praatje doet, terwijl Hanks en de verrukkelijke Ayalet Zurer in de oude kerk op zoek zijn naar een kapel voor een aanwijzing. De scene waarin de antimaterie ontploft maakt echter een hoop goed.

Opvallend is ook de rol van CERN, het Europese laboratorium voor deeltjesfysica. Brown heeft ‘s werelds grootste deeltjesversneller aardig in het plot verwerkt, maar het instituut vond het wel nodig een paar FAQs online te zetten. Goeie actie van CERN. Van Brown verschijnt in september, zes jaar na De Da Vinci Code, een nieuwe thriller getiteld The Lost Symbol.

Generation Kill – Stay frosty

Generation Kill

Gisteravond de laatste aflevering van Generation Kill gekeken. Damn, betaalzender HBO blijft goed bezig. In zeven afleveringen volgen we een groep Amerikaanse mariniers in de oorlog tegen Irak, de tweede wel te verstaan, door de ogen van een embedded journalist van Rolling Stone magazine, Evan Wright, naar wiens gelijknamige boek de serie is gemaakt. Dat biedt een uniek perspectief, heel dicht op de troepen, maar het houdt de vertelling ook klein. De sfeer wordt bepaald door een stelletje simpele rednecks en allochtonen. Net als de verslaggever ben je bijna blij dat je aan het einde weer weg mag. Door de regels door echter krijg je wel mee dat deze oorlog even fucked up is als die in pak ‘m beet Vietnam. Reservisten die de boel verkloten, incompetente officieren die de troepen van hot naar her sturen om een wit voetje te halen bij de generaal, competente onderofficieren die de boel bij elkaar houden en onschuldige burgerslachtoffers. Helden zijn ver te zoeken. De serie haalt het daarom niet bij Band of Brothers, maar dat ligt eerder aan de oorlog dan aan de makers, die eerder The Wire maakten. De radiocommunicatie met militair lingo is trouwens nogal dominant in de dialogen dus ondertiteling is aan te raden.